02 April 2006

2 April 2006

We hebben een zware week achter de rug. Na de eerste blijdschap over Brenda’s baan, bleek daar nog een staartje achter aan te komen. Nou, zeg maar gerust een flinke staart. Voor je in NZ in de gezondheidszorg mag werken moet je eerst een registratie hebben. Dat wil zeggen dat je een aanvraag voor registratie in moet dienen, vergezeld van officiële kopieën van je diploma’s, certificaten, werkgeversverklaringen en een flinke cheque. Dan nemen ze je aanvraag in overweging en mag je afwachten of je de registratie krijgt. Dit geldt dus niet alleen voor emigranten, maar ook voor de Kiwi’s zelf. Het is een soort bescherming van hun gezondheidszorg. Zo’n registratie moet dus elk jaar opnieuw aangevraagd worden, en dan moet je voldaan hebben aan verplichte bijscholingen. Op zich prima, maar in het geval van emigranten, zoals ik, zonder NZ diploma’s kan dat wel eens een lastig geval worden. Ze hebben namelijk geen flauw idee hoe ze buitenlandse diploma’s moeten beoordelen.
Nou, ik moet me dus ook laten registreren en dat moest gebeuren voor 31 maart. Op woensdag de 29ste kreeg ik de aanvraagformulieren, moest ik alles wat ik had laten kopiëren en door een officiële instantie laten ondertekenen, ik moest een bloedtest laten doen en dat alles diezelfde dag weer opsturen. Toen was ik al bijna overspannen van al dat geren en gejaag. Twee dagen later werd ik gebeld door de Dental Council (de organisatie die beslissen over mijn registratie) dat ze mijn diploma’s niet konden lezen. Ik moest ze eerst laten vertalen. Tja, dat stond er niet bij in de aanvraag…
Het laten vertalen van mijn diploma’s kost ruim een week en dan moeten ze zich nog over die registratie buigen. En zolang ik die registratie niet heb, mag ik officieel niet werken. En het was de bedoeling dat ik op 3 april (morgen) zou beginnen…
Mijn nieuwe werkgever had dus ook niet verwacht dat het zoveel voeten in aarde zou hebben. Ze dacht dat we dat wel in een paar dagen geregeld zouden hebben. Het ziet er nu naar uit dat het eerder een paar weken of maanden gaat duren. Of ik nu mag komen werken is dus nog niet duidelijk, hoewel ik er morgen wel naar toe ga. Ik moet toch nog ingewerkt worden, dus dan ga ik desnoods wel met mijn handen op mijn rug staan kijken.
Toch zit het me niet zo lekker, want er bestaat een kans dat ik , om wat voor reden dan ook, die registratie niet krijg. Dat mag ik mijn beroep niet uitoefenen en kan ik mijn nieuwe baan wel vergeten. Maar daar gaan we nog maar even niet van uit.

Door al dit gedoe was mijn laatste vrije week niet echt relaxed. Ik moest soms echt moeite doen om de moed erin te houden. Het zal allemaal wel goed komen!
Geert is nog steeds werkzoekende, maar krijgt van alle kanten hulp aangeboden, zowel van bekende als onbekende mensen. Zo zijn die Kiwi’s: heel erg behulpzaam!

Rond Pasen gaan we verhuizen. We verlaten ons gezellige, kleine studiootje bij Gerda om te gaan wonen op de bovenverdieping van een prachtig huis in Mount Pleasant. De naam zegt genoeg: het ligt op een steile heuvel en het is er erg mooi. We gaan ons Alpen-zicht inruilen voor zeezicht. De trotse eigenaars van dit mooie huis zijn Charlotte en William, vrienden van Gerda en Hans, die hier ook zo’n twintig jaar geleden zijn komen wonen vanuit Nederland.
Deze bovenverdieping is erg royaal en we kunnen al onze spullen kwijt als de container komt. En wat we nog niet nodig hebben mogen we in de garage opslaan. Met deze bovenverdieping zijn we erg blij, want we zijn naar huurhuisjes wezen kijken, maar daar springen de tranen van in je ogen. En het is echt niet zo dat wij nou zo kritisch zijn, maar 280 dollar in de week betalen voor een huis met de afmeting van een krappe bejaardenwoning, met bevlekt en gescheurd tapijt, geen enkele vorm van verwarming en als klap op de vuurpijl zoveel schimmel in de badkamer dat een bioloog er op af kan studeren ging zelfs ons iets te ver. De makelaar die ons het huisje liet zien, schaamde zich er zelf over (ze kwam zelf namelijk uit Engeland). Maar ja, huren is hier nu eenmaal niet zo gebruikelijk en er bestaat geen sociale woningbouw zoals in NL. En dit was echt nog een huisje in de al wat hogere prijsklasse. De goedkopere woningen hebben we onszelf maar bespaard. Bovendien liggen de huizen vaak op vervelende locaties: meestal langs zeer drukke, doorgaande wegen. Dus toen Charlotte en William ons een heel fair aanbod deden voor hun bovenverdieping hoefden we niet zo heel lang na te denken. We zijn weer met onze neus in de roomboter gevallen!

We hebben ook allebei deze week ons NZ rijbewijs gehaald. Daarvoor moesten we weer het nodige papierwerk invullen (in NZ krijgt het overheidspersoneel en ik ook steeds de kriebels van mijn 5 voornamen, daar snappen ze hier niks van), een ogentest doen, een pasfoto laten maken en een theorie-test doen. Daar hadden we allebei heel ijverig op gestudeerd en dus gehaald. Ons rijbewijs wordt binnenkort opgestuurd. Om jullie in NL even jaloers te maken: de kosten van dit alles (dus de aanvraag, het theorie-examen, de ogentest en een rijbewijs) bedroeg $85,-. Een kleine 45 euro… O ja, als je hier je praktijkexamen wilt doen kost dat $55,- , maar je moet wel twee keer, want ze werken hier met een gefaseerd rijbewijs. Niet voor te stellen, he!

0 Comments:

Post a Comment

<< Home