31 January 2006

Het landschap van Nieuw-Zeeland

De laatste jaren is Nieuw-Zeeland sterk in opmars als toeristische trekpleister. Een van de grootste toeristenattracties van het land is dan ook het overweldigende natuurschoon. Veel mensen die nog nooit in Nieuw-Zeeland geweest zijn hebben er via films kennis mee gemaakt. De indrukwekkende trilogie Lord of the Ring is in dit land opgenomen en laat de prachtige natuur van Nieuw-Zeeland van haar beste kant zien. Ook de films The Piano , The last Samurai en The chronicles of Narnia zijn hier gefilmd.
Hoewel ook in Nieuw-Zeeland de natuur te lijden heeft gehad van menselijk ingrijpen en veranderingen zijn er hier, zeker in vergelijking met Europa nog zeer veel uitgestrekte en onbezoedelde natuurgebieden. Bovendien is men zuinig op wat men heeft. De Kiwi’s zijn erg trots op hun mooie land en natuurbescherming staat zeer hoog in het vaandel, zowel bij de bevolking als bij de overheid. Het was niet voor niets het kleine Nieuw-Zeeland dat zich in de jaren tachtig van de afgelopen eeuw zo boos maakte om de Franse kernproeven in de Stille Oceaan.
Momenteel is eenderde van het land en de omringende wateren beschermd natuurgebied. Nieuw-Zeeland kent zeer veel nationale parken, marine parken, natuurreservaten en bosgebieden. De meeste van deze gebieden zijn toegankelijk voor bezoekers, mits men zich aan de regels houdt. Het Department of Conservation is het overheidsorgaan dat is belast met het toezicht op en onderhoud van al deze schitterende natuurgebieden. Zij onderhouden onder andere ook de wandelroutes, de hutten en de bezoekerscentra. Ook worden er door hen vallen uitgezet om schadelijke (roof)dieren te vangen. Dit ziet er niet zo leuk uit, maar het is bittere noodzaak. Een van de grootste problemen waar de Nieuw-Zeelandse natuurgebieden mee worstelen is namelijk dat er dieren leven die hier niet thuis horen. Een bekend voorbeeld is de beruchte “Possum”. Dit fraaie zoogdiertje ( in het Nederlands Voskoesoe genaamd), met zijn prachtige vacht en knuffelbare uiterlijk komt oorspronkelijk uit Australië, maar is Nieuw-Zeeland binnengehaald door pelsfokkers en natuurlijk ontsnappen er altijd wel een paar…Deze dieren zijn momenteel een hele grote plaag. Ze hebben geen natuurlijke vijanden, behalve Nieuw-Zeelandse automobilisten en ze vreten voor tonnen aan planten en bladeren en brengen gigantische schade toe aan de flora.

Nieuw-Zeeland is een land wat geologisch gezien nog erg jong is en dus een zeer afwisselend landschap heeft. Hier vindt je altijd wel iets van je gading: prachtige ongerepte zandstranden met een heerlijke branding om te surfen, azuurblauwe baaien, mysterieuze wouden vol met oeroude bomen, grotten vol glimwormen, lieflijke groene heuvels, sombere en vreeswekkende vulkanen, torenhoge , met sneeuw bedekte bergen , woeste rivieren , gletsjers en nog veel en veel meer. Hier hoef je je dus niet te vervelen. Je kunt er wandelen, trampen, fietsen ,kayakken, skiën, raften, bungee-jumpen, surfen, vissen, walvissen kijken enzovoort enzovoort. En terwijl je bezig bent met al deze outdoor activiteiten hoef je je nooit zorgen te maken over enge of gevaarlijke dieren, want die zijn er niet in dit land. Er leven hier geen slangen, schorpioenen, giftige spinnen, geen roofdieren zoals leeuwen of beren en in het water zijn er geen haaien of krokodillen en geen slijmerige bloedzuigers in de poeltjes en rivieren. Het enige dier wat je lastig zal vallen in Nieuw-Zeeland is de beruchte “sandfly”. Deze kleine, geniepige treiteraars zijn bijna overal op het Zuider-eiland en in tegenstelling tot hun naam zitten ze echt niet alleen op het strand. Je komt ze overal tegen, dus ook in de bergen en in de bossen. Zolang je in beweging bent is er niets aan de hand, maar zo gauw je neerstrijkt voor een welverdiende rustpauze ben je voer voor hen. Ze happen naar hartelust overal waar je huid onbedekt is (en zelfs door dunne stof heen) en hun beten jeuken vreselijk. Maar bekijk het optimistisch: als de sandflies er zijn, heb je mooi weer. Als het regent of waait zie je ze namelijk niet…

Nu we het toch over het weer hebben, veel Nederlanders denken dat het in Nieuw-Zeeland altijd mooi weer is. Waarschijnlijk verwarren ze dit land met Australië, want in werkelijkheid is het weer in Nieuw-Zeeland zo mogelijk nog wisselvalliger dan in Nederland. Natuurlijk is het zo dat Nieuw-Zeeland dichter bij de evenaar ligt dan Nederland, maar het ligt ook tamelijk onbeschut in de Stille Oceaan en de overwegend westelijke winden brengen vele depressies naar Nieuw-Zeeland. De regionale verschillen zijn groot. In het noorden van het Noorder-eiland is het meestal warm, maar in de winter ook erg vochtig. Sneeuwen en vriezen doet het hier vrijwel nooit. In het binnenland en in de heuvels wordt het veel kouder. Op de vulkanen van Tongariro kun je elke winter skiën, maar in de zomer kan het hier knap heet worden. Bovendien kan het weer er binnen enkele uren volledig omslaan. De omgeving van Wellington is altijd erg winderig, maar mild en het oosten van het Noorder-eiland kun je een beetje vergelijken met het Middellandse zee-klimaat, compleet met de gepensioneerden, die er van hun welverdiende rust genieten.
Op het Zuider-eiland zijn de verschillen nog wat groter. Hier zorgen de Alpen voor een scheiding in het klimaat. In het westen vallen enorme hoeveelheden regen, dit kan in Fiordland oplopen tot 7 meter per jaar! Het behoort dan ook tot de natste gebieden op aarde. In de Alpen zelf heerst natuurlijk een streng bergklimaat en ten oosten van de bergrug is het veel droger en gematigder. Naar het zuiden toe begint het wat frisser te worden. Ook hier regent het veel en heersen soms de zuidenwinden, met steenkoude lucht uit de Zuidpoolstreek. Maar Nieuw-Zeeland kent ook vele zonne-uren, mede doordat de dagen in de winter niet zo kort zijn als in Nederland. Je moet echter wel oppassen voor die zon, want de ozonlaag is dun en de zon erg fel. Huidkanker is hier een volksziekte en de waarschuwingen en adviezen voor verstandig zonnen vindt je overal.

Hoewel Nieuw-Zeeland rijk bedeelt is met natuurschoon, is het wat armer als het gaat om het dierenleven. Zoogdieren hebben miljoenen jaren geleden letterlijk de boot gemist toen Nieuw-Zeeland zich los maakte van het vastenland. De enige zoogdieren die je hier vind zijn een paar vleermuisjes. Andere diersoorten die hiervan konden profiteren waren de vogels. Nieuw-Zeeland is dan ook de droom van elke ornitholoog. Vogels konden zich, zonder natuurlijke vijanden, vrij ontwikkelen en vele soorten vonden het niet eens meer nodig om te vliegen. De beroemste loopvogel van Nieuw-Zeeland is natuurlijk het nationale symbool: de Kiwi. De spectaculairste loopvogel werd echter door de Maori’s uitgeroeid. Van de enorm grote Moa’s zijn alleen nog beenderen over en een enkele schets…
Verder leven er zeldzame papagaaien, pinguïns en de wat minder exotische vogels, zoals duiven, zangvogels, meeuwen, jan van genten, aalscholvers en wat roofvogels. Erg spectaculair zijn de Koningsalbatrossen, die in de buurt van Dunedin een broedplaats hebben. Met hun spanwijdte van bijna 3 meter zijn ze nu de grootste vogels in Nieuw-Zeeland.
Meer interessante fauna is te zien in en bij de zee. Walvissen, dolfijnen en orka’s laten zich zeer regelmatig zien. Op het strand liggen vaak grote kolonies pelsrobben en op sommige plekken ook reusachtige zeeleeuwen. Niet te dicht bij komen, ondanks hun logge uiterlijk kunnen ze razendsnel uithalen!
Omdat Nieuw-Zeeland een afgelegen eiland is, zijn de flora en fauna tamelijk uniek. Er komen hier veel endemische soorten voor, zowel planten als dieren. Dat is erg mooi om te zien, maar het maakt de natuur ook erg kwetsbaar. Voor je het weet is er een zeldzame soort uitgeroeid door menselijk ingrijpen. Helaas leven er in Nieuw-Zeeland ook nog dieren die je hier eigenlijk liever niet ziet. We hadden het al over de possums, maar ook honden, katten, ratten, fretten, hermelijnen en nog meer door mensen ingevoerde dieren brengen onherstelbare schade toe aan de flora, maar ook aan de vogels, die niet gewend zijn aan natuurlijke vijanden en vaak op de grond broeden. Deze unieke, maar gevoelige natuur is dan ook de reden waarom de Nieuw-Zeelandse douane zo streng is op de invoer van levensmiddelen en producten van natuurlijk materiaal. De Nieuw-Zeelanders doen hun uiterste best te redden wat er te redden valt, maar het is vaak vechten tegen de bierkaai…

Een korte geschiedenis van Nieuw-Zeeland

Het afgelegen Nieuw-Zeeland is een van de jongste naties ter wereld. Het werd pas bewoond rond 1200 , toen de eerste Maori’s hier arriveerden en nederzettingen stichtten. De Maori’s waren afkomstig van de polynesische eilandengroepen in de Stille oceaan en in vergelijking met hun piepkleine eilandjes was Nieuw-Zeeland een enorm land met onuitputtelijke bronnen. Zij noemden dit langgerekte land Aotearoa, ofwel het Land van de Lange Witte Wolk. De Maori’s vestigden zich hier met succes en hun aantallen groeiden, dank zij de vruchtbare bodems en de voedselvoorraden in de vorm van zeehonden, robben, vis en moa’s (een grote loopvogel). Helaas slaagden de Maori’s erin de aantallen van deze dieren te decimeren en de indrukwekkende Moa’s stierven helemaal uit. Dank zij de goede voorzieningen van hun nieuwe land konden de Maori’s zich ontwikkelen tot een volk met een zeer hoogstaande cultuur. Hoewel ze niet over een geschreven taal beschikten bleven veel van hun prachtige verhalen, sagen en mythen tot heden ten dagen bewaard voor het nageslacht. Ze kenden een ingewikkelde godsdienst en leidden een rijk spiritueel leven. Hun kunstvormen oogsten tot op de dag van vandaag veel bewondering.
Het eerste contact met blanke Europeanen vond plaats in het jaar 1642. Twee Nederlandse schepen , onder leiding van de Zeeuw Abel Tasman legden aan in Golden Bay, in het noorden van het Zuider-eiland. Tasman had als taak een route te vinden naar het onbekende Zuidland, het “Terra Australis” waarvan men toentertijd geloofde dat het een land vol met natuurlijke rijkdommen zou zijn. In plaats van dit land stuitte Tasman op Nieuw-Zeeland en zijn eerste contact met de plaatselijke bewoners was gewelddadig. Door een communicatiestoornis werd de sloep van de Nederlanders aangevallen en vier mannen verloren het leven. Tasman verliet het land om er nooit meer terug te komen. Wel was hij degene die het land zijn huidige westerse naam gaf, hij noemde het naar de provincie in Nederland waar hij zelf opgegroeid was.
Honderdzevenentwintig jaar lang werden de Maori’s met rust gelaten door de Europeanen, maar toen was het voorgoed gedaan met hun onbekommerde leven. In 1769 herontdekte de Britse kapitein James Cook Nieuw-Zeeland en hij ging hier voor langere tijd voor anker om zijn bemanning bij te laten komen van de lange reis en om voorraden aan te vullen. Hij eiste dit nieuwgevonden land direct in naam op voor de Britse kroon. Hoewel er kleine schermutselingen waren met de Maori’s verliepen deze contacten tamelijk vreedzaam en Cook behandelde de Maori’s met veel respect.
Op zijn lange omzwermingen over het Zuidelijk Halfrond zou Cook nog vaak terugkeren naar Nieuw-Zeeland, waar hij erg aan gehecht was geraakt, maar de contacten met de Maori’s werden er niet beter op. Er kwamen steeds vaker schepen in de beschutte baaien voor anker, die voorraden eisten en niet alle zeelieden waren zo tactvol en respectvol als Cook. In Europa was doorgedrongen dat de wateren rond Nieuw-Zeeland rijk waren aan robben en walvissen en de eerste expedities om deze dieren te vangen werden uitgerust.
In 1814 werd de eerste missiepost op het vasteland gesticht, natuurlijk zonder overleg met of goedkeuring van de Maori’s.
Langzamerhand probeerden de Europeanen, met de Britten voorop, steeds meer voet aan de grond te krijgen in het verre Nieuw-Zeeland Ze stuitten natuurlijk op verzet van de Maori’s, maar uiteindelijk kwamen beide partijen tot een overeenkomst en in 1840 werd er een verdrag getekend, het tot nu toe controversiële Verdrag van Waitangi. De Maori-vertaling van het verdrag en de Engelse versie ervan kwamen namelijk niet geheel overeen, waardoor de Maori’s eigenlijk niet precies wisten wat ze nu ondertekend hadden . Tot op de dag van vandaag leidt dit tot problemen en wantrouwen tussen beide bevolkingsgroepen.

In het tweede deel van de 19e eeuw kwam de kolonisatie van blanke Europeanen echt op gang en ondanks de vele conflicten met de Maori’s bloeide de economie op. De Europeanen, Pakeha’s genaamd door de Maori’s, legden zich toe op het houden en fokken van schapen, het zoeken naar goud (ook Nieuw-Zeeland kent zijn eigen Goldrush) en het belenen van enorme landerijen. De Nieuw-Zeelandse overheid leidde een vooruitstrevende en sociale politiek en voerde als eerste land ter wereld algemeen kiesrecht voor vrouwen in en een paar jaar later een oudedagspensioen.
Een periode van relatieve welvaart werd aan het einde van de negentiende eeuw opgevolgd door een economische depressie en onlusten onder arbeiders.
De bevolking, inmiddels gegroeid tot 1 miljoen, leed ook zwaar onder de uitzendingen van mannen naar de oorlogen die Groot-Brittannië in Afrika en Europa voerde. Bijna 100.000 mannen dienden overzee en 60.000 van hen keerden niet terug…Jaren later vochten ook vele Nieuw-Zeelandse manschappen in WO 2 en weer vielen er vele slachtoffers, ook onder de Maori-bevolking.
In de jaren dertig van de twintigste eeuw trok de economie weer aan en probeerde Nieuw-Zeeland zich langzaam los te weken van Groot-Brittannië en probeerde het een eigen identiteit te vormen. De Nieuw-Zeelanders, die zichzelf Kiwi’s gingen noemen, werden zelfbewuster en waren trots op hun welvaartsstaat en hoge levensstandaard, maar het land was in bepaalde opzichten ook zeer behoudend en uitgesproken puriteins.

Vandaag de dag is Nieuw-Zeeland nog steeds lid van het Britse gemenebest en is Koningin Elisabeth het symbolische staatshoofd. Het land is dan ook een constitutionele monarchie. De Labours zijn momenteel aan de macht in politieke zin en het staatshoofd is een vrouwelijke premier, Helen Clark. Rond 1990 stabiliseerde de kwakkelende Nieuw-Zeelandse economie zich en aan het begin van de 21ste eeuw bloeide de cultuur als nooit te voren. Aan het begin van een nieuw millennium ziet de toekomst van deze piepjonge natie er veelbelovend uit. Misschien zijn de ergste groeistuipen voorbij…

Nieuw-Zeeland; feiten en wetenswaardigheden

Op zo’n 20.000 kilometer afstand van Nederland, ten zuidoosten van de enorme landmassa van Australië liggen de eilanden van Nieuw-Zeeland. Voor het gemak zeggen we meestal dat Nieuw-Zeeland uit twee eilanden bestaat, maar in werkelijkheid zijn het er veel meer. De twee grootste eilanden zijn het Noorder-eiland en het Zuider-eiland. Ten zuiden van het zuider-eiland ligt een veel kleiner en zeer dunbevolkt eiland: Stewart Island. Voor de uitgestrekte kustlijn van het hele land liggen nog meer kleine eilandjes, vrijwel allemaal onbewoond. Verder heeft Nieuw-Zeeland nog een aantal eilandengroepen in bezit die verder weg in de Stille Oceaan liggen, zoals de Cook Eilanden.
Het is een langgerekt eilandenrijk: van het noordelijkste puntje tot het zuidelijkste puntje meet het ongeveer 1500 kilometer. De twee hoofdeilanden zijn echter erg smal zodat je de totale oppervlakte van Nieuw-Zeeland kunt vergelijken met Groot-Brittannië of Japan. Als je je dan bedenkt dat dit land ruim acht keer zo groot is als Nederland en slechts 4 miljoen inwoners heeft, begrijp je meteen waarom er nog zoveel rust en ruimte is. Het is naar Europese begrippen dus erg dunbevolkt.
Wat niet zo rustig is in Nieuw-Zeeland is de aardkorst. Het land maakt deel uit van de beruchte Pacific Ring of Fire. Het ligt op dat deel van de aardkorst waar veel vulkaanuitbarstingen plaatsvinden en dus ook veel aardbevingen. Nieuw-Zeeland zelf is dus ook voor een groot deel van vulkanische oorsprong en er liggen nog verscheidene werkzame vulkanen in het land. De meest actieve is waarschijnlijk wel Mount Ruapehu, gelegen in Tongariro Nationaal Park op het Noorder-Eiland. Deze vulkaan barstte voor het laatst uit in 1995/1996 en bedierf voor vele maanden alle ski-activiteiten in deze regio. Overal in het land kom je de vulkanische verschijnselen tegen, vooral op het Noorder-Eiland waar de werkzame vulkanen liggen, maar ook de geothermische parken van Rotorua met zijn pruttelpoelen en warmwaterbronnen. Het grote meer Lake Taupo is ontstaan na een enorme vulkaanuitbarsting, een van de zwaarste uit de geschiedenis van de aarde, maar zo lang geleden dat iedereen het is vergeten.
Aardbevingen zijn in dit onrustige land letterlijk aan de orde van de dag, maar de meeste zijn zo licht dat mensen ze niet eens kunnen voelen. Toch komen er ook zwaardere schokken voor en je moet er dus voor op je hoede zijn.

Zoals gezegd telt Nieuw-Zeeland zo’n 4 miljoen inwoners. Ruim 1 miljoen van hen woont in Auckland, de grootste stad van het land, of in de directe omgeving ervan. Auckland ligt op het Noorder-Eiland op een smalle strook land, ingeklemd tussen mooie baaien. De stad zelf doet een beetje Amerikaans aan met zijn rechte stratenplan en brede boulevards. Het centrum ziet eruit zoals je dat van een miljoenenstad mag verwachten, met torenflats en glazen gebouwen en chique kantoor- en winkelpanden. De buitenwijken zijn echter heel anders. Vrijwel allemaal vrijstaande huizen met flinke tuinen en lekker rustig. De hoofdstad en politiek centrum van het land is Wellington. Deze stad ligt ook op het Noorder-Eiland, maar letterlijk op het randje ervan: Op het zuidelijkste puntje. Vanaf de haven van Wellington varen de veerboten naar het Zuidereiland.
Wellington is een fraai gelegen stad en erg heuvelachtig. De inwoners noemen haar ook vaak Windy Welly, want het waait er vaak en stevig! Na Wellington begint dan ook de nauwe zeestraat tussen de twee eilanden en dit is een van de onrustigste en verraderlijkste zeestraten op aarde.
Op het dunner bevolkte Zuidereiland liggen ook nog twee steden van betekenis; het zeer Brits aandoende Christchurch, wat vaak wordt beschouwd als de mooiste stad van het land en het kleinere, maar sfeervolle Dunedin. Deze laatste stad is voornamelijk een studentenstad, dank zij de grote Technische Universiteit die hier staat.

Als je al denkt dat Nederland een multi-cultureel land is, dan moet je eens naar Nieuw-Zeeland komen. Deze bevolking is echt opgebouwd uit alle nationaliteiten die je je maar kunt bedenken. Op de eerste plaats leven er natuurlijk de Maori’s. De eerste Maori-mensen die zich vestigden in Nieuw-Zeeland waren afkomstig van de Polynesische eilanden. Archeologen zijn het niet eens over de precieze datum van deze gebeurtenis, maar men neemt aan dat het rond 1200 na Chr. heeft plaatsgevonden. Daaruit kun je dus concluderen dat dit land nog maar heel kort bevolkt is. Pas eeuwen later kwamen de eerste kolonisten van Europese oorsprong, maar zij maken heden ten dage wel een groter aandeel van de Nieuw-Zeeland uit. Die kolonisten kwamen in eerste instantie uit het Britse Rijk, maar later uit vele andere Europese landen, zoals Nederland, Duitsland en Italië. Ook veel Aziaten en Zuid-Afrikanen vonden hun weg naar Nieuw-Zeeland en iedereen bracht een deel van zijn oorspronkelijke gebruiken en tradities mee. Dat maakt Nieuw-Zeeland tot een moderne, kleurrijke en zeer afwisselende natie, waarin herkomst niet belangrijk wordt gevonden. Het is echt een land van emigranten.
Dit neemt echter helaas niet weg dat er problemen zijn tussen de diverse bevolkingsgroepen. Vooral de Maori’s voelen zich vaak bedreigd en achtergesteld door de Pakeha’s, de blanke kolonisten. Zij vrezen voor hun tradities en cultuur en voor hun land. Het komt gelukkig vrijwel nooit tot gewelddadigheden, maar het is en blijft een sluimerend probleem in de jonge Nieuw-Zeelandse natie.

WELKOM

Wij heten iedereen van harte welkom op onze weblog over Nieuw-Zeeland. Op 3 maart 2006 vertrekken wij naar dit prachtige land en willen gaan proberen om daar een nieuw bestaan op te bouwen. Deze weblog is voor iedereen die ons wil volgen in onze avonturen en ervaringen en voor iedereen die meer wil weten over het land.
Je vindt op deze weblog dan ook verschillende hoofdstukjes, elk over een ander onderwerp. Er is een hoofdstuk over het hedendaagse Nieuw-Zeeland, een hoofdstuk over de geschiedenis ervan en over het prachtige landschap. Je vindt informatie over onze reis door Nieuw-Zeeland in 2005 en we beschrijven onze ervaringen met de emigratie-procedure en onze verhuizing. En als we straks verhuisd zijn komen natuurlijk onze ervaringen in ons nieuwe vaderland uitgebreid aan bod.
We hopen dat jullie veel plezier beleven aan deze weblog en wij zijn natuurlijk heel erg benieuwd naar jullie reacties!

Geert en Brenda