28 February 2006

verhuisdag: 27 februari

Maandag 27 februari

Maanden geleden hebben Geert en ik besloten om de verhuizing van al onze spullen zelf te gaan doen. Dit houdt in dat je zelf een transportbedrijf regelt om een container bij jou voor de deur te zetten , die je vervolgens zelf vol mag stouwen met de eveneens door jouzelf ingepakte meubels en dozen vol huisraad. Als dat klusje geklaard is wordt de container weer opgehaald en vervolgens naar de haven getransporteerd, alwaar hij aan boord gaat van een containerschip met eindbestemming Nieuw-Zeeland. Als je dit helemaal zelf wilt doen heb je er vreselijk veel werk mee, maar een volledig verzorgde verhuizing kost je een rib uit je lijf. bovendien hoorden wij van andere emigranten dat het best goed zelf te doen is. Wij besloten de gok maar te wagen...
Na vele telefoontjes en offertes hadden we een transportbedrijf uitgekozen en al in november zijn we begonnen met de eerste dozen in te pakken. In de weekenden en de avonduren waren we hier lekker zoet mee. Het grote voordeel is dat je ook meteen eens goed opruiming houdt in je huis.
Het grote probleem van een verhuizing naar Nieuw-Zeeland is dat je niet alleen je spullen in dozen moet stoppen, je moet er ook voor zorgen dat alles perfect schoon is. Ze houden daar niet van planten-, dieren- en zandresten en dat is wel eens lastig als je fietsen, bloempotten, poezenmanden en hardloopschoenen mee wilt nemen. Ik heb dus de meest onzinnige voorwerpen schoon staan te boenen. Wie poetst er nou zijn fietsbanden, profielzolen en sporten van een ladder? Wij dus...
Wat ook belangrijk is, is dat je alles redelijk waterdicht inpakt. Er wil wel eens een golfje over je container heen slaan, en aangezien het schip eerst door de tropen heen moet varen voor het in Nieuw-Zeeland aankomt moet je ook rekening houden met condensvorming.
Om een heel lang verhaal nog enigszins kort te houden: het was een vreselijk karwei! Als we niet zo veel hulp hadden gehad waren we volgens mij met Pasen nog niet klaar geweest. Heel veel mensen hebben ons ondersteund met inpakmateriaal, zoals dozen en plastic, bolletjesfolie en vloeipapier. Het enige wat wij regelmatig zelf aan moesten schaffen was plakband. Anderhalve kilometer bruine tape zit er nu om onze huisraad. Ook kregen we van iemand een heleboel professioneel bevestigingsmateriaal en vochtvreters.
Andere mensen hebben ons ondersteund met uitnodigingen om te komen eten toen ons keukengerei ingepakt was, waar wij natuurlijk zeer dankbaar gebruik van hebben gemaakt, en bij Edwin en Mandy mochten we logeren toen ons huis echt onbewoonbaar werd. En o ja, we mogen ook hun computer gebruiken :)
En na enkele dagen ploeteren en daaropvolgende slapeloze nachten brak vanmorgen dan toch de grote dag aan : de container kwam!

Al om kwart voor 8 stond de enorme vrachtwagen op de Fitissingel te wachten tot wij arriveerden ( we hadden half 9 afgesproken ). Alle buren die carnaval waren wezen vieren zullen wel erg blij geweest zijn met de herrie 's ochtends zo vroeg.
Om half negen arriveerden onze hulptroepen en kon het sjouwen en laden beginnen. En wonder boven wonder verliep het allemaal tamelijk vlotjes. Twee sterke mannen, Marc en Henry sjouwden en Geert en papa zetten de ladingen vast. Perfect teamwork!

We hadden ook erg veel geluk met het weer, want als het regent en al je spullen nat worden blijf je zeven weken lang een vochtige container houden. Dan helpen er geen vochtvreters meer aan. bovendien had ons transportbedrijf World Freight Logistics een hele mooie, behoorlijk nieuwe en schone container afgeleverd. Dat wekt vertrouwen dat het allemaal veilig en wel in Christchurch aan zal komen.

Na een korte koffiepauze (gezellig met z'n allen op de grond, want stoelen hadden we niet meer), gingen de heren weer verder met hun zware last. Ik was ondertussen bezig om het huis op orde te krijgen voor de nieuwe bewoner. Tegen elven kreeg ik het sein dat ik WFL mocht bellen om de container weer op te halen; ze waren bijna klaar.

Rond half twaalf konden we een tweede kopje koffie gaan drinken; de container zat vol en ons huis was ernstig leeg. We hadden nog bezoek gekregen van wat belangstellenden en nieuwsgierigen, wat we erg leuk vonden.
De mannen die zo hard gewerkt hadden en Nicole met de kinderen, die zorgden voor de morele ondersteuning keerden huiswaarts en Geert en ik ruimden de laatste rommel op. Om half twee hoorden we het zware geluid van een vrachtwagen in de straat en kwamen ze de container met al onze bezittingen erin weer ophalen. De chauffeur en zijn maatje hebben waarschijnlijk vaker te doen met mensen die hun hele hebben en houden aan hun toe vertrouwen, want ze waren zeer vriendelijk, behulpzaam en begripvol. Om iets voor tweeen reed de vrachtwagen met onze spullen de straat uit. Op 7 maart gaat de container aan boord van het containerschip, en we hopen hem gaaf en ongeschonden weer terug te zien in Christchurch op 18 april. We willen liever niet uit de krant vernemen dat hij is aangespoeld op Terschelling...

Het is in elk geval een hele opluchting voor ons dat dit tijdrovende en enerverende klusje geklaard is. Nu gaan we even een paar dagen een beetje uitrusten en ons dan opmaken voor het vertrek.

14 February 2006

Kaart van Nieuw Zeeland

Nieuw Zeeland bestaat uit twee eilanden: Het Noorder en het Zuider Eiland.

08 February 2006

Status 7 Februari 2006

7 februari 2006

De laatste maand is ingegaan en het is nog een korte maand ook! De stress van alles op tijd moeten regelen is in alle hevigheid toegeslagen, we lopen niet meer echt relaxed rond… Het huis ziet er momenteel uit alsof er een orkaan doorheen heeft geraasd: alles staat op zijn kop. Alleen de garage ziet er nog enigszins ordelijk uit. Dat komt omdat we daar alle ingepakte en genummerde dozen keurig op grootte en vorm gerangschikt hebben staan. De bovenverdieping is zo goed als leeg, daar staan alleen nog wat meubels en ons bed. De woonkamer is veranderd in een soort erg rommelig magazijn: overal staan lege dozen, liggen vuilniszakken en slingeren er rollen tape rond. Geert gebruikt de oude kokosmat om dozen op te snijden, pennen en stiften liggen overal behalve daar waar je ze nodig hebt, kortom: het is hier een rotzooi van jewelste.
De enige vrolijkheid en troost in huis zijn de kaarten op het dressoir van iedereen die ons sterkte heeft toegewenst en de twee bossen bloemen die we van onze loopvrienden hebben gekregen. Ze staan in de laatste vaas die nog niet ingepakt is en in de antieke koffiekan, bij gebrek aan beter.
Gelukkig begint het pakken op te schieten, hoewel ik af en toe momenten heb dat ik vrees dat we het nooit op tijd af krijgen. Toch heb ik tot nog toe geen spijt dat we er zelf aan begonnen zijn. Straks in Nieuw-Zeeland weten we tenminste wat er in welke doos zit en we weten nu ten minste ook zeker dat de kwetsbare zaken solide ingepakt zijn. Misschien dat ik later nog spijt krijg, maar daar ga ik nu nog niet over nadenken…

Gerda, Geert’s nicht heeft ons gisteren foto’s gestuurd van het studiootje waar we mogen logeren als we aankomen in Nieuw-Zeeland. Het zag er heel mooi uit, want het is onlangs helemaal verbouwd. We vallen dus met onze neus in de boter. Als het maar niet al te goed bevalt, anders willen we daar niet meer wegJ

Behalve van een volledige huisraad zeewaardig inpakken krijg ik het ook behoorlijk op mijn zenuwen van instanties die niet erg mee werken. Het allerergste zijn onze ziektekostenverzekeringen. Ik ben bij VGZ verzekerd en Geert bij CZ. Maakt allemaal niks uit, want ze kunnen allebei niet lezen. Op onze brieven met het verzoek om onze verzekeringen per 1 april stop te zetten hebben ze allebei gereageerd door onze verzekeringen per 1 januari stop te zetten. Diepe diepe zucht… En nou moet je niet denken dat dit misverstand snel is opgelost. Welnee, na twee brieven en drie telefoontjes deelden ze mij mee dat het rechtzetten van deze fout hunnerzijds twee tot drie weken in beslag neemt. Serieus!
Het bedrijf wat onze container gaat verschepen kan misschien wel lezen, maar niet goed horen. Ik belde om te vragen om een bevestiging van de verzekering die ik ,eveneens telefonisch, had afgesloten op onze inboedel. Die was heel snel, de dag erna al lag hij op de deurmat. Helaas waren ze bij het transportbedrijf zo vrij geweest om de waarde van onze inboedel op eigen houtje even te verdubbelen. Als je bedenkt dat we een premie van 1,5% over het verzekerde bedrag moeten betalen, kun je je wel voorstellen dat ik dus weer heel snel aan de telefoon hing: “Wordt meteen in orde gemaakt, mevrouw!” Ja, dat hopen we dan maar weer.
En dan te bedenken dat we straks nog zaken af moeten handelen met diverse banken, verzekeringen, de belastingdienst, de gemeente en zo nog wat instanties. Ik houdt mijn hart vast!

07 February 2006

Emigreren heeft ook een andere zijde

Emigreren heeft ook een andere zijde.

Als je boeken leest of films ziet over Nieuw-Zeeland krijg je bijna vanzelf zin om je spullen te pakken en daar naar toe te verhuizen. Het ziet er allemaal zo prachtig uit en de mensen zijn er zo aardig! Je zou bijna vergeten dat je daar ook moet werken voor je geld en dat ook daar problemen zijn en je tegen dingen aanloopt waarvan je denkt: He, dat was in Nederland beter (of mooier of leuker). Dat zijn zaken die wij straks moeten ervaren. Pas na een aantal jaren zullen wij weten of onze keus een goede is geweest, daar kunnen we nu nog niet op vooruit lopen.
Een van de moeilijkste punten van gaan emigreren is echter het feit dat je je familie, vrienden en kennissen, je collega’s en je sportmaatjes achter moet laten. Van ons is dat een bewuste keus geweest, absoluut niet leuk, maar dat is wel de consequentie van je beslissing. Voor de achterblijvers ligt dat natuurlijk heel anders. Die hebben helemaal nergens voor gekozen. Zij krijgen van de ene op de andere dag te horen dat wij in Nieuw-Zeeland willen gaan wonen en daar moeten zij het maar mee zien te rooien. Er zit natuurlijk een beetje een egoïstische kant aan ons hele verhaal; wij weten dat we er andere mensen pijn mee doen, maar we doen het toch. Dat is niet altijd gemakkelijk.
Godzijdank hebben wij mensen in onze naaste omgeving die ons een eigen leven gunnen en ons niet willen claimen of in de weg gaan staan.
Wat niet wegneemt dat het voor onze naasten een hele schok was toen we het grote nieuws vertelden. We hadden daarmee gewacht tot we redelijk zeker waren dat we een visum zouden krijgen . In mei 2005 zijn we het gaan vertellen, eerst natuurlijk aan ouders en broers en zussen en later ook aan vrienden, kennissen, op het werk en op de sportclub. En van al die tientallen mensen was er helemaal niemand die negatief reageerden. De meeste mensen snapten het heel goed, vonden het dapper van ons of waren zelfs een klein beetje jaloers.
Wij denken dat het goed is geweest om het rond die tijd te vertellen. Alles was al zo ver geregeld dat we mensen niet voor niets de stuipen op het lijf zouden jagen, maar vroeg genoeg om iedereen de tijd te geven om aan het idee te wennen. Dat vonden wij heel belangrijk. Omdat wij er zelf al zo lang mee bezig zijn, is het voor ons al een hele normale zaak. Wij gaan met Nieuw-Zeeland naar bed en we staan er mee op. Maar dat is het voor anderen natuurlijk niet, dat heeft gewoon tijd nodig.

We zijn nu, een kleine maand voor vertrek, in de fase beland van afscheid nemen en dingen voor de laatste keer doen. Dat is natuurlijk een pijnlijke fase, maar ook heel mooi. Het is vreemd, maar als je vertrekt durven mensen ineens te uiten wat je voor hen betekent, dat ze je aardig vinden of gewoon dat ze het gezellig vinden om met je samen te werken of te sporten. Dat doet ons heel erg goed. Bovendien steken heel veel mensen je een hart onder de riem en dat houdt je sterk op moeilijke momenten.

Hoe het allemaal zover kwam

Hoe het allemaal zover kwam: Onze motivaties en het hele traject.

Je bedenkt niet van de ene op de andere dag dat je wilt emigreren. In ons geval was het een traject dat een lange aanloop heeft gekend en op dit moment kan ik niet eens precies zeggen wanneer we voor het eerst met de gedachte gespeeld hebben om uit Nederland weg te gaan. Ik weet wel dat onze vele reizen er hun steentje toe bijgedragen hebben. Wij hebben veel wandelreizen gemaakt en hebben de mooiste natuurgebieden van Europa, het Zuidwesten van de USA en natuurlijk Nieuw-Zeeland gezien en beleefd. En daar bekroop ons vaak het gevoel dat we in Nederland toch wel wat misten. Natuurlijk heeft Nederland ook zijn mooie plekjes, een zeer interessante geschiedenis en mooie, historische steden, maar het heeft geen uitgestrekte natuurgebieden waar je dagen kunt lopen zonder andere mensen tegen te komen. Het heeft geen dramatische berglandschappen die je het gevoel geven ontzettend klein en nietig te zijn en het kent absoluut niet de rust en stilte die je vindt in afgelegen streken. Dit betekent niet dat wij als twee contactgestoorde zonderlingen in een hutje op de hei willen wonen, maar we zagen wel dat er elders plekken zijn waar je rustig kunt wonen in een mooie, schone omgeving. Thuis hadden wij meer dan genoeg van de stinkende lucht die we inademden, het geraas van verkeer zodat je niet met het raam open kon slapen en van het jachtige, snelle bestaan die onze maatschappij met zijn carrièredrang met zich meebrengt. Veel van de gezondheidsklachten die wij allebei hadden waren hier rechtstreeks op terug te voeren. Steeds vaker als we op reis waren overviel ons de vraag: hoe zou het zijn om hier te wonen.? En steeds vaker spraken we die gevoelens uit, tot we er serieus over na gingen denken. Eerst dachten we erover om tijdelijk naar het buitenland te gaan. Een jaar rondreizen door Amerika leek ons wel wat, maar bleek lastig uitvoerbaar met een koophuis, een lieve oude poes en allebei een vaste baan . En waarschijnlijk zouden we na dat jaar helemaal geen zin hebben om weer terug te komen… We beseften dat we beter helemaal konden verkassen, een land naar onze keuze uit te zoeken en dan daar opnieuw te beginnen. We begonnen eens wat rond te neuzen. In wat voor een land zouden we willen wonen? Het moest op de eerste plaats een rustig, dunbevolkt land zijn. Op de tweede plaats moest het een politiek stabiel land zijn, met een cultuur en achtergrond die ons aansprak. Daarnaast moest het ruimschoots beschikken over mooie natuurgebieden en een schonere leefomgeving bieden dan ons eigen land. Ook wilden we een land waar een taal gesproken wordt die voor ons gemakkelijk aan te leren was en waar we een goede kans maakten om een goed bestaan op te bouwen. Je kunt nu eenmaal niet van de lucht leven…Ook het klimaat was belangrijk; Geert wil het niet te warm hebben en ik niet te koud. Australië, Scandinavië en Canada vielen om die reden dus al af. Uiteindelijk bleven er nog twee landen over die onze zeer strenge selectieprocedure hadden overleefd: Ierland en Nieuw-Zeeland. De volgende stap was een logische: deze landen gaan bezoeken. Eerst brachten we drie weken door in Ierland Aan dit prachtige woeste land aan de rand van Europa verloor ik mijn hart, maar Geert was wat realistischer: de huizen waren er peperduur, de winter lang, nat en heel somber en Ierland is lid van de Europese Unie, dus loopt het het risico op te gaan in de Europese eenheidsworst en zijn eigen identiteit te verliezen. We hielden Ierland achter de hand als Plan B en richtten onze blik op Nieuw-Zeeland. Geert won informatie in over de emigratie-procedure en we probeerden onze kansen in te schatten. Het is namelijk bepaald niet gemakkelijk om Nieuw-Zeeland binnen te komen als migrant. We dachten wel een kans te maken en we besloten om met de procedure te beginnen voor we er zouden gaan kijken. We hoopten zo tijd te winnen omdat de hele procedure waarschijnlijk wel anderhalf jaar zou duren. Als we dan in Nieuw-Zeeland geweest waren en het was niet wat wij hoopten dat het zou zijn dan konden we de procedure weer stoppen. Zo gezegd, zo gedaan. We namen een bureau in de arm dat ons zou helpen met de hele procedure. Patricia, de eigenaresse van dit bureau gaat alleen in zee met mensen waarvan zij denkt dat ze een reële kans maken op een visum. Dat zij ons accepteerde als klant was al een goed teken.

De procedure voor het krijgen van een visum (verblijfs- en werkvergunning) voor Nieuw-Zeeland bestaat grofweg uit twee ronden. In de eerste ronde moet je laten zien over genoeg punten te beschikken om uitgeloot te worden voor een visumaanvraag. Punten krijg je voor je opleiding, leeftijd, werkervaring, een baanaanbod in Nieuw-Zeeland etc. Wij hadden uitgerekend dat we waarschijnlijk zonder baanaanbod wel genoeg punten zouden halen als we uitgingen van Geerts opleiding en werkervaring. Geerts beroep staat namelijk op een lijst met gewilde beroepen in Nieuw-Zeeland , dus dat betekende extra punten. Het eerste wat we moesten doen was Geerts originele diploma’s naar Nieuw-Zeeland sturen zodat ze daar gescreend konden worden. Er moest namelijk een soort waarde-oordeel gevormd worden van zijn opleiding. Deze fase duurde erg lang, maar uiteindelijk kregen we van Patricia te horen dat de diploma’s op het niveau waren ingeschaald wat wij zelf verwacht hadden. Uiteindelijk hadden we alles bij elkaar wat we nodig hadden en konden we een zogenaamde “expression of interest” indienen. Iedereen die dit doet komt in een grote pot terecht en de Emigratieservice houdt elke twee weken een trekking waarbij de mensen met het hoogste aantal punten eruit gehaald worden. Van deze aanvragen wordt dan eerst bekeken of het aantal opgegeven punten wel klopt en zo ja, dan krijgen ze een uitnodiging om een definitieve visumaanvraag in te dienen. Gelukkig voor ons werden we al binnen een week uit die pot gevist en kregen we inderdaad een paar weken later de uitnodiging.
Ondertussen waren we ook bezig om Engelse lessen te volgen, want voor de definitieve visumaanvraag moet je ook aan kunnen tonen dat je de Engelse taal beheerst. Dat kun je aantonen door middel van een zogenaamde IELTS-test. Daarvoor moesten we naar Amsterdam, waar ze ons een halve dag zoet hielden met Engelse testen (een luistertoets, 2 schrijfopdrachten, een tekstverklaring en een mondelinge test). Hoewel we het best pittig vonden haalden we de benodigde punten ruimschoots.
Verder moet je een medische keuring ondergaan, wat inhoudt dat je je door een daartoe bevoegd arts laat onderzoeken, je moet een bloedtest ondergaan omdat ze willen weten of je syfilis hebt en je moet longfoto’s laten maken omdat ze ook niet zitten te wachten op emigranten die tbc meebrengen. Deze keuring levert uiteindelijk een hele stapel formulieren en handtekeningen op en die stuur je dan met je visumaanvraag, de uitslag van je IELTS-test en nog wat uittreksels etc. op naar de Nieuw-Zeelandse Emigratiedienst. En dan is het afwachten.
Wij hebben de definitieve aanvraag in juli 2005 de deur uit gedaan. Met de eerste ronde waren we echter al in augustus 2004 begonnen. We waren dus al bijna een jaar bezig. Begin oktober 2005 kregen we bericht dat we uitgenodigd waren voor een gesprek met iemand van de Emigratiedienst. Deze gesprekken worden meestal gehouden met aanvragers die, net als wij, nog geen baan of baanaanbod hebben in Nieuw-Zeeland. Het gesprek zou gehouden worden in Amsterdam en wij wisten niet zo goed wat ons te wachten stond. Uiteindelijk bleek dat de Emigratiedienst wil zien of jij een reëel beeld hebt van het land en weet waar je mee bezig bent. Ze vragen naar je voorbereiding en wat je denkt te gaan doen om werk te vinden. Blijkbaar hebben wij verteld wat ze willen horen want nog geen week later kregen we te horen dat we een permanent visum zouden krijgen. Dat houdt in dat wij voor onbepaalde tijd in Nieuw-Zeeland mogen wonen en werken. We mogen dan ook het werk uitoefenen wat we willen en we hoeven niet na een bepaalde tijd aan te tonen dat we werk hebben in onze “eigen branche”.

Hier waren we natuurlijk heel erg blij mee (ons huis hadden we ondertussen ook al verkocht,dus het werd tijd!) maar het was ook heel raar. We waren er anderhalf jaar mee bezig geweest en nu ineens was het klaar! Anderhalf jaar lang spraken we er bijna dagelijks over en probeerden we onze kansen in te schatten. We probeerden ons voor te stellen hoe fijn het zou zijn om een visum te hebben en nu hadden we het! We moesten alleen nog even onze paspoorten naar Londen sturen om het visum er in te laten stempelen.
Het werd tijd om onze verhuizing te gaan regelen…